DE OUDE UITHANGTEKENS VAN LONDEN

De kleine houten adelborst voor de winkel van Solomon Gillis, 157 Leadenhall Street.

Hoewel de meeste tekens van het oude Londen werden vernietigd in de Grote Brand van London van 1666, zijn er nog een paar van vlak na die datum bewaard gebleven in de stad – anachronismen (red: dingen die niet meer in deze tijd passsen) die op moderne gebouwen zijn geplakt, alsof het Penny Blacks (red: de allereerste postzegel die werd uitgegeven in Groot-Brittannië) zijn die op enveloppen met schuimvulling zijn geplakt. Toch vond ik in het archief van het Bishopsgate Institute veel sfeervolle foto’s van merkwaardige stenen borden die tot in het tijdperk van de fotografie bleven bestaan, om vervolgens te worden vernietigd door de Blitz (red: bombardementen door de Duitse luchtmacht op Britse steden tijdens de Tweede Wereldoorlog) en de daaropvolgende herontwikkeling.

Het was de Engelse koning Charles I die mensen het recht gaf om naar believen borden op te hangen, terwijl dat vroeger alleen was voorbehouden aan herbergiers – “om de woningen, winkels, pubs of bezigheden van deze burgers beter te leren kennen, zonder hun erfgenamen of opvolgers te hinderen, lastig te vallen of te onderbreken”. Er ontstond al snel een uitgebreide taal van symbolen, zoals een draak voor een apotheker, een suikerbrood voor een kruidenier, een tarwebrood voor een bakker, een koekenpan voor een banketbakker en – zoals vandaag de dag nog steeds te zien is in de Londense wijk Spitalfields – een spoel voor een zijdewever.

Uithangteken ’the Fox’ in Lombard Street.

Uithangteken ’the Three Kings’ in Lombard Street.

Uithangteken ’the Half Moon’ in Holywell Street bij the Strand.

Uithangteken van een arts.

Het bord met de ‘Three Squirrels’ in Fleet Street.

Na verloop van tijd werden de betekenissen van de borden complexer en geheimzinniger omdat winkels van eigenaar veranderden, maar de borden behielden als identificatie van de gebouwen. James Maddox, de doodskistenmaker in St Olaves had het symbool van drie doodskisten en een suikerbrood, het suikerbrood omdat het een voormalige kruidenierszaak was en drie doodskisten als zijn persoonlijke teken. Tegenover St Dunstan’s in Fleet Street hing een bord met drie eekhoorns dat in 1649 voor het eerst werd neergezet door de goudsmid Henry Pinkley. De bankiers die er daarna kwamen wonen, maakten zich dit symbool van ‘The Three Squirrels’ (de drie eekhoorns) eigen en de National Westminster Bank bleef het gebruiken tot halverwege de twintigste eeuw.

Lombard Street was ooit beroemd om zijn reeks prachtige uithangborden en achttiende- eeuwse prenten tonen schilderachtige symbolen die aan uitgebreide smeedijzeren beugels voor elk pand in de Londense straten Cornhill en Cheapside hingen. Deze tekens, die vooruitlopen op onze moderne aandacht voor merken en logo’s, pasten bij de stad voordat straten genummerd waren en toen veel mensen nog niet konden lezen. Maar bij zwaar weer en harde wind kraakte en kreunde deze monsterlijke borden – en in 1718 stortte een enorm bord in Bride Street in, waarbij vier mensen omkwamen en een deel van de winkelpui werd meegenomen. De ernst van het probleem van het woud van uithangborden in de straten van Londen was zo groot dat er in 1762 een commissie werd aangesteld om ze allemaal neer te halen en op de winkelpuien te bevestigen – zo ontstond het moderne begrip van het uithangbord dat de identiteit van het pand aangeeft.

“De commissarissen zijn gemachtigd om alle tekens en emblemen, die gebruikt worden om de handel, het beroep of de roeping aan te duiden – alle palen, uithangborden, uithangijzers, balkons, penthouses, klapborden, spuwers en dakgoten die uitsteken in de straten enzovoort, en alle andere hindernissen en uitsteeksels van welke aard dan ook in de genoemde steden en vrijheden – weg te nemen en te verwijderen en hetzelfde, of delen daarvan die zij geschikt achten, te laten aanbrengen of plaatsen aan de voorkant van de huizen, winkels, drankgelegenheden of gebouwen waartoe zij behoren.”

Straatnummers werden slechts gedeeltelijk gebruikt aan het begin van de achttiende eeuw en werden tegen het einde van de eeuw wijdverspreid als een gestandaardiseerd systeem om eigendommen te identificeren. Hoewel velen aarzelden om de taal van borden en symbolen op te geven, werden de borden tegen het midden van de negentiende eeuw algemeen vervangen door het bekende patroon van een bord met uithangborden boven de etalage. De meeste decoratieve uithangborden die vandaag in de stad Londen te vinden zijn, zijn pastiches die honderd jaar geleden gemaakt werden als nostalgische eerbetuigingen aan een vervlogen tijdperk, hoewel twee van mijn favorieten de gouden uil op het House of Fraser zijn, die over de London Bridge naar het zuiden kijkt, en de figuur van Atlas die de wereldbol omhoog houdt aan de buitenkant van Barclays in Cheapside.

Warwick Lane. Deze gevelsteen is nog steeds aanwezig.

Onbekende locatie in Londen.

Onbekende locatie in Londen.

Onbekende locatie in Londen.

Een oud uithangteken dat nog steeds buiten het metrostation St Paul’s te zien is: “When ye have sought the Citty round, yet still this is the highest ground. 27 augustus 1698”.

‘The maid of the Mercer’s company’ is nog steeds te zien in Corbet Court bij de Gracechurch Street.

Er zijn nog maar drie borden in gebruik: de kapperspaal (met de bloedige rode en witte streep die doet denken aan de tijd dat kappers ook chirurgen waren), de apothekers stamper en vijzel en de drie ballen van de pandjeshuizen – oorspronkelijk blauw, maar ze werden goud in het begin van de negentiende eeuw en zijn naar verluidt gebaseerd op het wapenschild van de hertogen van Medici, zelf afgeleid van munten die door kruisvaarders uit Byzantium werden meegenomen.

Tekst: The Gentle Author

De ‘Gentle Author’ van de blog ‘Spittalfields Life‘ gaf de VVAG toestemming zijn artikel over uithangtekens in het oude Londen te vertalen en te her- publiceren op deze website.