Gevelsteen DE DELFSE LAMPETKAN
Kleersloot 3, Amsterdam
In 1717 kopen Anthony van Raalt en Hendrik Veltman, beiden kleermaker van beroep, 3 huisjes en erven op het Brugmansslootje (Oude naam van de huidige Kleersloot) en nog twee huisjes en erven daarachter, in een gangetje uitkomend in de achterliggende Keizersstraat. In 1729, na de dood van Van Raalt nemen Hendrik Veltman en zijn vrouw, de helft van het bezit van zijn overleden collega over. In het Register van de Personele Quotisatie van 1742 wordt Hendrik Veltman, beroep kleermaker, als gebruiker van het pand genoemd, met een inkomen van fl.1000.-
Het is 20 jaar na de aankoop, oktober 1749 als Fedde Donker een van de panden aan het Brugmansslootje (het latere Kleersloot 3), omschreven als ‘huis, achterhuis en erf, gelegen aan het Brugmansslootje, achter uitkomende door een gang, in de Keizersstraat’, koopt van de erven van Hendrik Veltman en zijn vrouw. Fedde Donker is koopman in aardewerk en het valt aan te nemen dat hij het pand heeft laten vernieuwen en dat toen de gevelsteen DE DELFSE LAMPETKAN werd aangebracht. Na de dood van Fedde Donker, hij wordt op 13 november 1759 in de Zuiderkerk begraven, verkopen de executeurs testamentair van zijn weduwe, zij was in 1771 overleden, het pand. In de koop/ verkoopakte, gedateerd maart 1772 heet het ‘huis en erf, nu genaamd “De Delftse Lampetkan”. Koper is Casparus Kok, van beroep banketbakker.
De ‘Kleerensloot’ tekening van L.W.E. Wenkebach
uit ongeveer 1898- 1907. © Stadsarchief Amsterdam
Zeer waarschijnlijk heeft hij het jaartal 1772, het jaar van aankoop immers, aan de in de gevel aanwezige gevelsteen toegevoegd want de ornamenten aan de ingezwenkte zijkanten van de steen duiden op een eerder ontstaan dan 1772. Het kan ook zijn dat de executeurs testamentair het huis hebben laten verbouwen om er een goede prijs voor de erfgenamen te krijgen en dat toen het jaartal in de steen is bijgehakt. In latere koop/verkoopaktes, zelfs nog in 1806, de wijkindeling en nummering was al ingevoerd, wordt DE DELFTSE LAMPETKAN nog als adresaanduiding gebruikt.
Van het oude pand met gevelsteen aan het Brugmansslootje (wanneer de naam in Kleersloot wordt veranderd is niet bekend, ook het jaar van demping, is nergens vastgelegd) zijn geen afbeeldingen bekend. Gezien de vorm van de steen, de bredere onderplint, moet het een drie vensters brede gevel zijn geweest. Jonkheer Suasso heeft in zijn Schetsboek (1875) de steen niet opgemerkt, de enige vermelding is in de Noord-Hollandsche Oudheden (7de stuk 1905, pag.127). Ook de samenstellers van de Voorlopige Monumentenlijst (1928) hebben de steen over het hoofd gezien, of het pand+ steen was al verdwenen/ vervangen.
De gevelsteen in 1962, in de tuin van het Stedelijk Museum, Amsterdam.
In 1962 werd de steen, samen met een aantal andere gevelstenen en bouwfragmenten, door B&W overgedragen aan het K.O.G. Dit was in verband met het ‘opruimen’ van de tuin van het Stedelijk Museum, die ‘ouwe troep moest maar weg…
In overleg met Y-mere, de eigenaar van het pand Krom Boomssloot 36, op de zuidhoek van de Kleersloot, is besloten de, door Jan Hilbers schoongemaakte en gepolychromeerde steen daar een goed in het oog lopende plek te geven in de gevel aan de Kleersloot. In de nieuwbouw op de oude, oorspronkelijke plek aan de Kleersloot was geen passende plaats. De op de gevelsteen voorgestelde kan is, het onderschrift zegt het al, een Delftse lampetkan. Lampetkannen maakten deel uit van een was-set, kom en kan, bedoeld om zich ’s morgens of ’s avonds te wassen, in de tijd dat stromend water nog niet gebruikelijk was.
Op Google vonden wij, in de collectie van Hart Antiquairs een circa 1720 gedateerde Delftse lampetkan van exact het type dat als voorbeeld heeft gediend voor de kan op de gevelsteen welke aardewerkhandelaar Fedde Donker in of kort na 1749 in zijn nieuw gebouwde pand heeft laten aanbrengen. Kenmerkend zijn de cannelures, de vorm van de tuit en het uitbundig versierde handvat. Hij zal dit soort lampetkannen vast en zeker in zijn winkelvoorraad hebben gehad.
Tekst: Onno Boers
Huisonderzoek: Hans Brandenburg