Gevelsteen DE WANDELAER
Gordijnensteeg 4, Amsterdam
Op 18 maart 1698 verkoopt ene Anna Coesert, weduwe van Pieter Wiltvangh, een huis en erf in de 2de Bloeddwarsstraat (de huidige Gordijnensteeg) tussen Bloed- en Monnikenstraat.
Koper, voor een bedrag van 630 guldens contant is Thomas Philipsz Wandelaar. Oud 34 jaar, turfdrager van beroep en 1 van de 4 kinderen van Philip Danielse en Aefje Jans.
Zeer waarschijnlijk heeft Thomas Philipsz Wandelaar het aangekocht pand gesplitst want als in hij 1721 zijn bezit verkoopt luidt de omschrijving: ’een huis en erf, zijnde twee woningen naast elkaar’. Ook de prijs van 4000 guldens contant wijst op een fikse verbouwing of, wat waarschijnlijker is, totale nieuwbouw. Dit zal, gezien het jaartal op de gevelsteen in 1702 geweest zijn.
Op de gevelsteen is zijn naam in beeld gebracht: een fraai geklede heer met wandelstok, wandelend langs een korenveld. De twee boomgroepen versterken het landelijke karakter en het huis rechts zou het, door hem gebouwde pand in de Gordijnensteeg kunnen zijn.
De nieuwe eigenaar in 1721 wordt voor een bedrag van 4000 kontant, Catrijntje Symons, de weduwe van Cornelis de Graaf. Lang heeft zij niet van haar aankoop genoten: in 1725 verkopen haar erven het pand. In de koop/verkoopakte luidt de omschrijving ‘een huis en erf waar ’de Wandelaar’ in de gevel staat’. Deze koper, de postknecht Jan Daniel Netze blijft wat langer eigenaar van het pand. In 1758 verkopen zijn erven het pand en in de overdrachtsakte wordt ‘de Wandelaar’ in de gevel weer duidelijk genoemd. Ook in de latere aktes (1775 en 1800) wordt ‘de Wandelaar’ als huisaanduiding gebruikt.
Hoe het, in 1702 gebouwde pand er toen uitzag is niet bekend. Het huidige pand heeft een eenvoudige, twee venster brede, gepleisterde vlakke gevel met boven de pui twee verdiepingen en een rechte, simpele afdeklijst. De goed onderhouden gevelsteen met op de iets te donkere onderrand de tekst DE WANDELAER 1702 zit op een mooie plek tussen de vensters van de eerste verdieping.
De naam Gordijnensteeg wordt door Alings (Maandblad Amstelodamum, 46ste jg. Pag 168) verklaard als een verbastering van de familienaam van Samuel du Gardijn, die in 1631 een huis aan de Monnikenstraat bezat (het huidige no. 2, op de hoek van de Gordijnensteeg) dat de hele oostzijde van de steeg innam.
Tekst: Onno Boers
Huisonderzoek: Hans Brandenburg