De Chopinstraat is een straat in de Apollobuurt in Amsterdam-Zuid. Op 16 februari 1927 kreeg de straat haar naam, een vernoeming naar componist en pianist Frédéric Chopin. Rond 1930 is aangevangen met de bouw van het blok waarin het pand nummer 31 zich bevindt. Er werden drie architecten ingeschakeld. De architect Jouke Zietsma was verantwoordelijk voor het ontwerp van de huisnummers 17 tot en met 31, dat aansluit op de bebouwing aan de Schubertstraat. Alle drie architecten bedienden zich van varianten binnen de stijl van de Amsterdamse School.

Op huisnummer 31 zijn twee gevelstenen geplaatst, Aan de zijde van de Schubertstraat is een afbeelding te zien van de Erlkönig, een verwijzing naar het gelijknamige lied van Franz Schubert, aldus dirigent Hartmut Haenchen die vanaf 1986 enige jaren in het pand woonde. Zijn bewering wordt geholpen door het notenschrift onder aan de steen.

De tweede aan de zijde van de Chopinstraat staat bekend als Loreley, dat een verwijzing zou zijn naar de legende van Loreley, dat Chopin verwerkt zou hebben in zijn Ballade nr. 3 van Chopin. Haenchen hield het in 1996 op de Barcarolle opus 60 van Chopin, (maar Haenchen was geen liefhebber van diens muziek), anderen verwezen naar het verhaal over Ondine.

Beide stenen zijn er in de jaren dertig geplaatst door een van de eerste bewoners. De eerste bewoner was August Hilckemann, die een elektrotechnisch bedrijf runde; eind jaren dertig woonde in wat toen ‘Huize Hilckemann’ werd genoemd een hoofdonderwijzer genaamd F.U. Schmidt.

Tekst: Onno Boers