Gevelsteen D GROENE GHE CRONDE DRIE STAL

Binnen Wieringerstraat 11, Amsterdam

De gevelsteen toont een gekroond driepotige krukje, dat ook wel een ‘driestal’ wordt genoemd. Een regel uit een 16de- eeuws gedicht luidt: ‘Hi sat in een onsubtijl stoelkijn, dat men driestal hiet’. D’GROENE GHE/ CRONDE DRIESTAL, is een duidelijke verwijzing naar het beroep van de vroeg 17de-eeuwse stoeldraaier Jan Jansz, wiens weduwe Trijntje Joris in 1623 hertrouwde met Pieter Bouwensen, eveneens stoeldraaier van beroep.

De Groene Ghe Cronde Drie Stal. Tekening uit ca. 1900 gemaakt door H.M.J. Misset (1875- 1958).
© Stadsarchief Amsterdam

Als adres van Trijntje Joris wordt de Wieringerstraat genoemd. In 1690 verkopen de erven van Trijntje Joris het pand. De omschrijving in de koop/ verkoopakte luidt: “een huis en achterhuis en erven en de vrije gang daarnaast, in de Binnen Wieringerstraat, waar “de Driestal” in de gevel staat”. De genoemde gang lag rechts van het huis en heette de Rozengang en gaf toegang tot een achtergelegen pand. De koopsom was 3790 guldens, Hendrick Visser werd de nieuwe eigenaar.

In 1773 wordt het pand door de erven van Hendrick Visscher het pand verkocht en de omschrijving in de koop/ verkoopakte is dezelfde als de vorige, de Driestal in de gevel wordt ook weer genoemd. Pieter Jacobs, beroep niet bekend wordt voor 5000 guldens de nieuwe eigenaar, wel moet hij ook nog 1 gulden precario betalen voor de regenbak in de stoep voor het huis.

De huisomschrijvingen in de volgende koop/verkoopaktes (1806 en 1809) luiden hetzelfde als in de akte van 1690, kennelijk heeft de klerk de omschrijving steeds overgenomen van de vorige akte.

Binnen Wieringerstraat 15- 3. Foto van onbekende maker uit 1915. © Stadsarchief Amsterdam

De gevelsteen werd opgemerkt door Van Lennep en Ter Gouw (De Uithangteekens, 2de deel, 1868, pag.237) en ook Jhr. Suasso vermeldt de driestal. In hun tijd was het pand Binnen Wieringerstraat 11 nog een eenvoudige klokgevel van twee etages boven een houten pui waarin aan de rechterkant de toegang tot de Rozengang opgenomen was.

Een plm. 1915 gedateerde foto in de Beeldbank van het Stadsarchief toont het geveltje. Het huidige pand is een ‘saaie’ onversierde drie venster brede platte bakstenen gevel met een rechte kroonlijst. Het gevelsteentje heeft de sloop en nieuwbouw gelukkig overleeft en kreeg een plek onder het middenvenster van de eerste verdieping.

In “Het Menselijk Bedrijf”, 1694 van Jan Luyken, een serie van 100 prenten van beroepen en bedrijven, zien we op diverse prenten drie-potige krukjes bij de boekbinder, de koopman, de weegschaalmaker, de koperslager en diverse andere werkplaatsen. Waarom onze driestal groen en gekroond is……? In de beeldtaal van die tijd stond groen voor ‘nieuw’ en gekroond voor ‘van goede kwaliteit’.

Tekst: Onno Boers
Huisonderzoek: Hans Brandenburg