Wapensteen van het Gemeenlandshuis

Diemerzeedijk 27, Amsterdam

De Diemerzeedijk, gezien naar de stad, met links vooraan het Gemeenlandshuis. © Stadsarchief Amsterdam.

Het Gemeenlandshuis was het statige onderkomen van het ‘Hoogheemraadschap van den Zeeburg en Diemerdijk’ en haar rechtsopvolgers.waaronder het Waterschap Amstel, Gooi en Vecht. Deze waterschappen droegen zorg voor de Zuiderzeedijk tussen Amsterdam en Muiden.

In 1726 (sommige bronnen geven 1727 aan) verrees het huidige rechthoekige vrijstaande gebouw, naar ontwerp van timmermansbaas Cornelis van der Does, op de plaats van de oude bouwvallige herberg ‘Daer de Jaeger Uuythangt’. In die herberg vergaderde het Hoogheemraadschap al sinds 1609. Het tegen de zeedijk opgetrokken pand met souterrain, bel-etage en mezzanino-verdieping is voorzien van een sobere gevel met hoeklisenen en een middenrisaliet met zandstenen deuromlijsting in Lodewijk XIV- stijl.

Sinds 2008 is het gebouw in bezit van Vereniging Hendrick de Keyser. Die liet het pand flink herstellen. Tegenwoordig is het Gemeenlandshuis ook in gebruik als trouwlocatie.

In de oostelijk zijgevel van het gebouw is een een maniëristische wapensteen te zien die overgekomen is uit de toen afgedankte Herberg “De Jaeger”. Op de wapensteen zelf (formaat: 150x 100 cm) is het Amsterdamse wapen te zien, omringd door de wapenschilden van de tien Ingelanden waaronder die van Muiden, Weesp, Abcoude, Nigtevegt, Weesperkarspel en Kortenhoef. De wapensteen wordt omgeven door links en rechts vlakke voluten en onder de steen zijn twee cartouches met Anno en 1609 geplaatst. De bovenkant wordt bekroond door een driehoekig fronton bestaande uit geprofileerde natuurstenen banden.

Het chronogram boven de deurpartij van het Gemeenlandshuis.

De sierlijke ingang aan de dijk wordt nog eens benadrukt door middel van een Latijnse spreuk, in de vorm van een Chronogram, boven de deurpartij: ‘Hic de freti batavi furore arcendo agris tuendis agitur’. Dit betekent vrij vertaald: ‘Hier wordt gehandeld over het beveiligen van de landerijen door het temmen van de Bataafse Zee’.

Een jaardicht of chronogram bestaat uit één of meer versregels, of een korte spreuk, waarbij de letters M, D, C, L, X, U, V, W, I en Y als Romeinse cijfers moeten worden beschouwd. Volgens oude traditie zijn deze letters in rood of goud gekleurd. Na optelling van de afzonderlijke waarden van de uitgelichte Romeinse letters, ontstaat een bepaald jaartal.

Wanneer we uitgelichte letters op dit chronogram samenvoegen, komen we op het volgende uit:

hIC De fretI bataVI = 608
fVrore arCenDo = 605
agrIs tVenDIs agItVr = 513

De uitkomsten 608, 605 en 513 bij elkaar opgeteld, vormen het jaartal 1726; het jaar waarin het Gemeenlandshuis werd gebouwd.

Tekst: Pancras van der Vlist